Achtergrond

Meetgegevens van het hoofdwegennet worden steeds breder ingezet voor allerlei online en offline toepassingen. Hierdoor worden steeds hogere eisen gesteld aan de kwaliteit van de huidge informatieketen voor verkeersinformatie. Om aan de hoogste kwaliteitseisen te kunnen voldoen, wordt in het zogenoemde Da Vinci-project de kwaliteit van de informatieketen doorgelicht en mogelijke fouten met hun oorzaak opgespoord. 
- Technische fouten. Uitval of niet correct werken van detectie- of communicatie apparatuur;
- Configuratie fouten. Fouten in de meta-informatie die de relatie tussen detectie apparatuur en de realiteit beschrijft.

Automatische validatie

Binnen Da Vinci bestaat behoefte aan methodes waarmee data defecten automatisch kunnen worden opgespoord. Hiervoor zullen twee soorten methodes worden gebruikt:
- Validatie door tijdreeks analyse.
Binnen deze methode wordt een enkele tijdreeks van parameters beschouwd. Afwijkingen van een doorgaans repeterend dag- of weekpatroon dienen op automatische wijze gedectecteerd te worden;
- Ruimtelijke validatie.
Met deze techniek dienen fouten automatisch gedetecteerd te worden op basis van ruimtelijke analyse. Als uitgangspunt voor methode ontwikkeling wordt de Conservation Of Flow (COF) methode gebruikt. De beschouwde parameter is de intensiteit.